Drama date. Deel twee

Geschatte leestijd: 4 minuten

De vorige keer gingen ik en mijn date Mike in een gevoelig boodschappenwagentje naar een picknickplaats in de natuur. Bij aankomst bleek die getransformeerd in een zandbak met hijskraan. Mike beloofde beterschap en we reden naar een naburig restaurant.

Ongenodigde gasten

De auto naderde een groot wit gebouw met een plat dak en hoge ramen. Zou hier het restaurant zijn? Het wagentje werd achter het pand geparkeerd op een parkeerplaats met hier en daar graspollen. Achter het restaurant stond een aantal vierkante houten tafels met ronde zwarte stoelen van aluminium gedraaid rotan. “Moet je kijken”, riep ik. “In de zitting zit een gat.” Een tafelpoot van een van die tafels was zo verrot, dat die door zijn poten was gezakt en knieval had gemaakt.

Nieuwsgierig liepen we naar de ingang en mijn date wist dat die aan de voorkant zat, want hij had hier zeven jaar geleden nog tijdens kerst met zijn ex-schoonfamilie gegeten. Ze hadden het in tijden nog niet zo gezellig gehad. Vooral de reerug was een aanrader geweest, had hij mij onderweg naar deze desolate plek verteld. Als vegetariër had ik daar geen boodschap aan.

De voorkant zag er al niet beter uit. De letters op de lichtbak tegen de gevel van het restaurant hadden zijn glans verloren. Ook de witte gevel was toe aan een nieuw likje verf. Ik keek door één van de ramen, zodat ik het onverlichte interieur kon bestuderen. Er stonden plastic bloemen in wit porseleinen vazen op keurig gedekte tafeltjes en witte servetten in waaiervorm, zoals de dag van gisteren. In de hoek van het raamkozijn balanceerde een spin aan zijn zelf gesponnen draad. Op het donkerblauwe fluwelen tapijt ontdekte ik een muizenval. “Kijk daar”, riep ik naar mijn date. Hij zag het ook. “Wat jammer van dit restaurant”, reageerde hij. “Ruik je die muffe geur?“ “Laten we hier weggaan”, zei ik met een tril in mijn stem en keek om me heen of er ongenodigde gasten waren, zoals muizen of ratten. Mike porde mij in mijn zij en wees naar een kartonnen bord op een van de vensterbanken. “Hier staat ‘gesloten’. Dus toch.”

Het perfecte moment

Mijn dag was verpest en ik wilde zo snel mogelijk naar mijn eigen vertrouwde grijze tweezitter, om een docu te kijken over het natuurschoon met een maaltijdsalade van geitenkaas en een goed glas koude witte wijn binnen handbereik. Helaas was er in deze desolate omgeving niets. Ook geen bushalte, dus ik was overgeleverd aan Mike. Eigenlijk had ik spijt dat ik met hem was meegegaan.

“Wacht niet op het perfecte moment, maak het moment perfect”, vond mijn date. Was dit een test? Hij zei vervolgens: “Laten we picknicken op het gras en gezellig kletsen” en legde een warme hand op de achterkant van mijn schouder. Het voelde aangenaam en vertrouwd. “We maken er samen wat van.”

Op het gelige grasveld met prik- sprieten plunderden we de picknickmand. Ik gooide mijn klamme pumps uit en als hongerige wolven deden wij ons tegoed aan cake, belegde broodjes, mojito’s en fruit. De veel te sterke koffie smaakte bitter. Mike zette een kapotte stoel overeind. Zijn achterwerk verdween in het gat van de zitting. Het zag eruit alsof hij aan het bankhangen was. We moesten lachen om dit tafereel, vooral toen een stoelpoot het begaf en hij met stoel en al omkieperde. Op de achtergrond zong een merel op het platte dak van het restaurant vrolijk zijn bekende wijsje. Terwijl we daar achter de kapotte tafels en gebroken stoelen op een kleed zaten, kletsten wij in het licht van de maan en genoten van ons eigen privé-paradijsje. Mike en ik zijn daarna nog jaren vele zomers samen geweest, tot de dood ons van elkaar scheidde.

Leave a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *